donderdag 9 april 2009

Pesach

Het loopt tegen Pesach en Pasen. Deze week was ik te gast in bij een joods gezin, geheel opgeslokt door de Pesach schoonmaak: tijdens Pesach mag je niets waar gist in zit in je bezit hebben, en alles wat met gist in aanraking is geweest, moet gereinigd. 'Van Egyptische slavernij naar rabbijnse voorschriften- wat zijn we ermee opgeschoten', verzuchtte de gastvrouw. Het is geen sinecure om een modern huishouden met magnetrons en afwasmachines en wat dies meer zij gistvrij te maken. Op internet zijn lange handleidingen te vinden om het huis ook van het laatste spoor chametz te ontdoen. Sommigen boeken een hotel om aan de schoonmaakstress te ontkomen, anderen hebben zelfs speciale Pesachtelefoons- want wat als er een broodkruimel tussen de toetsen is geraakt? Er zijn prachtige oplossingen voor netelige situaties: wie juist een jaarvoorraad cornflakes had ingekocht, en zich er onprettig bij voelt die zomaar bij het oud vuil te zetten, kan de chametz verkopen aan een niet-jood, of zelfs de locatie waar die zich bevindt (bijvoorbeeld de trapkast) tijdelijk verhuren.
Huisgenoot Ben pakt het minder grondig aan, maar hecht niet minder aan de Seder-maaltijd waarmee Pesach begint. Op woensdagavond verzamelen we ons rond de schaal met voorgeschreven bittere kruiden en wat dies meer zij. De traditie schrijft voor dat we alvorens ons te goed doen aan specialiteiten als matzeballetjessoep, matzelasagna en fattoush met matze in plaats van pita de Pesach Haggada lezen- het hoe en waarom van het feest in een spel van vraag en antwoord, afgewisseld met rituelen. Ben heeft een humanistische Haggada opgesnord, waarin in politiek correcte taal Pesach als voorbeeld voor bevrijding van alle geknechte mensen wordt voorgesteld. We zingen liederen over vrijheid en vrede, horen over de geschiedenis van het joodse volk en werken en passant de vier voorgeschreven glazen wijn naar binnen (andermaal moet het Veertigdagenvasten pas op de plaats maken). Wijn van vreugde, getemperd door de wetenschap dat zovelen geen vrijheid kunnen vieren. Tien keer dopen we onze vinger in het glas en leggen een druppel op ons bord- één keer voor iedere plaag. Onze Haggada vertaalt de plagen naar het heden: de plagen van honger, oorlog, onrecht…
Het is een prachtige avond, met een wonderlijke balans tussen eeuwenoude rituelen die wonderlijk actueel zijn, de indrukwekkende geschiedenis van het joodse volk en aangeschoten vrolijkheid.

Geen opmerkingen: