vrijdag 23 mei 2008

hunkeren




Ik was op een studentenfeestje. Een a-typisch feestje, want niet de Amerikanen, maar Noren voerden de boventoon. Getalsmatig althans, want veel herrie maken Noren meestal niet. Bovendien: er waren maar vier Noren, en toch was het geen heel klein feestje. Het was een heel internationaal feestje.
Dat is een van de fijne dingen van het leven hier. Vermakelijk zijn Amerikaanse avondjes American Idols bij Mark en Aubrey, zodat ik me lekker Europees kan voelen (Amerikanen weten nauwelijks weg met het sarcasme van jurylid Simon, die in prachtig en soms bijtend Engels duidelijk maakt waar het aan schort in de vertolking. De andere beide juryleden laten zich louter in superlatieven uit over hun prestaties). De franse Ecole Biblique grenst aan het luidruchtige, stinkende Arabische busstation, maar is een oase. Eerst is er de tuin, dan de heerlijke bibliotheek. In de Universiteitsbieb gelden geen volume-mores, maar de fijnzinnige Poolse bibliothecaris maakte me in Britse understatements duidelijk dat ik buiten de poorten van zijn paradijs zou worden geworpen, zou hij me met een mobieltje aantreffen. Zonder pardon, ook als het uit stond. De meeste andere bezoekers spreken nauwelijks, en als ze het doen, dan in delicaat Frans. Studenten aan de Ecole hebben vaste plekken, ik als losse bezoeker vind meestal een lege tafel in de kelder. Boven mij is een nis in de zeer dikke muur, een raam en daarachter de blauwe lucht, en helder groen en geel van een citroenboompje. Af en toe kijk ik op en voel me met het leven tevreden.
Of St. George Cathedral. Wie de poort opent, betreedt een andere wereld. De portier knikt vriendelijk. Ik spoed me naar de evensong, ga zitten op een van de door geduldige Britse handen geborduurde kussens en laaf me aan de Anglicaanse liturgie en hymnen. Op zondagavond is er een meditatie, vaak door Michael- welbespraakt, genuanceerd, handen in zijn zakken, microfoon tegen zijn kin gedrukt.

Op het feestje raakte ik in gesprek met een Italiaan die twee jaar in Amsterdam heeft gestudeerd. En hij kond deed van zijn liefde voor fietsen door Waterland, en ik me voegde in de lofzang op dat vlakke groene land, merkte ik dat ik thuis mis. Amsterdam. Ik zei Van Baerlestraat, de Italiaan Museumplein. Het Sarphatipark in de lente. De Pijp. En zo ontwikkel ik me tot een ambassadeur van de Nederlandse cultuur. Daar is veel werk te verrichten- zelfs het werk de handen van G.W. dringt slechts zeer spaarzaam door. En de Nederlandse cultuur is omgeven met raadselen. Ze spreken Dutch maar komen uit Holland. En is dat nou hetzelfde als Denmark of niet? Dat het waar is dat een deel van ons land onder de zeespiegel ligt, maar dat men zich dat niet moet voorstellen alsof we in roodbedakte huisjes in de diepte naast een enorme dike wonen, terwijl aan de zeezijde het woedende water reeds tot de rand gestegen is, ons voortdurend herinnerend aan onze sterfelijkheid. Dat van de klompen is waar. Ik kan persoonlijk getuigen van reisjes naar de klompenboer in Scherpenzeel waar de kinderen Stegeman nieuwe wooden shoes kregen aangemeten.


Er zijn kleine, zeer Hollandse dingen die me bijna ontroeren. Op mijn verpakking watjes, nog uit Nederland, staat: aan beide zijden bruikbaar, dus extra zuinig! Ik probeerde Audra uit te leggen hoe aantrekkelijk dit de watjes maakt voor de Nederlandse consument. Daar slaagde ik niet in. Onvertaalbaar de andere kant op, volgens mij tenminste, is ‘to hang out’, of ‘craven’ (zomaar overvallen worden door een niet te negeren, omiddellijk te vervullen behoefte- doorgaans voor calorie- en kleurstofrijk voedsel). Hunkeren, stelde ik voor, dat komt in de buurt, maar is poetischer. En een Amerikaanse vriend bleek dat woord ook te kennen: to hanker (‘ to have a strong and persistant desire’ ).
Nu. Ik hunker af en toe naar Holland. Gelukkig is Nederland hier goed vertegenwoordigd. Naast Meta nu ook Iris (foto volgt)! Er er komen twee stralende vertegenwoordigers deze kant op: zusje Jeanet en Sven. Hoera.

woensdag 7 mei 2008

Yom ha'Sjoa

Afgelopen week was het Yom ha’Sjoa (Holocaust Dag). Hoewel ik op de hoogte was van de nabije komst van deze dag, kwam ik er pas achter dat het al zover was, toen de sirene afging en iedereen om mij heen in de computerzaal plots achter z’n tafel stond. Beschaamd en in verwarring ging ik ook staan, me afvragend hoe ik me zo kon vergissen. Om de één of andere reden dacht ik dat de herdenking een week later was, net voor Onafhankelijkheidsdag. Zeg maar zoals wij doen in Nederland: vlaggen halfstok, dodenherdenking, en dan meteen daar achteraan vlaggen in de top, bevrijdingsdag. Hier is het anders. De oprichting van de staat Israel, als dat gezien kan worden als de pendant van Bevrijdingsdag, is een paar dagen later.
Onze zachtmoedige docente Hebreeuws gaf mijn behoefte om de slachtoffers van de Sjoa te herdenken toch nog vorm door met ons te lezen over K.Tzetnik, een Israëlische auteur die tijdens het Eichmann-proces tegen Eichmann getuigde. Zijn naam is een pseudoniem, dat hij aannam toen hij levend uit Auschwitz kwam. Voorletter en achternaam samen klinken als ‘ka-tzet-nik’, en dat is in het Hebreeuws een inwoner van een K.Z. (Konzentrationslager). Het ‘nik’ zit bijvoorbeeld ook in ‘kibboetznik’, inwoner van een kibboets). Een citaat uit zijn getuigenis in de rechtbank: ‘I do not regard myself as a writer and a composer of literary material. This is a chronicle of the planet of Auschwitz. I was there for about two years. Time there was not like it is here on earth. Every fraction of a minute there passed on a different scale of time. And the inhabitants of this planet had no names, they had no parents nor did they have children. There they did not dress in the way we dress here; they were not born there and they did not give birth; they breathed according to different laws of nature; they did not live - nor did they die - according to the laws of this world. Their name was the number "Kazetnik". They were clad there, how would you call it...’ […]This is the garb of the planet called Auschwitz. And I believe with perfect faith that I have to continue to bear this name so long as the world has not been aroused after this crucifixion of a nation, to wipe out this evil, in the same way as humanity was aroused after the crucifixion of one man. I believe with perfect faith that, just as in astrology the stars influence our destiny, so does this planet of the ashes, Auschwitz, stand in opposition to our planet earth, and influences it.. Even nadat hij dit zei, verloor hij het bewustzijn.
Ze vertelde ook over haar eigen familie. Hoe haar grootouders besloten naar Palestina besloten te emigreren, waarop de rest van de familie, die dat een heilloos plan vond, het contact verbrak. Zij overleefden de oorlog niet.