woensdag 3 september 2008

zonnig en droog in Jeruzalem

Ik ben weer in Jeruzalem, fijn hier te zijn, maar ben een beetje verward. Of ik het zo warm heb vanwege een restje koorts, of vanwege de abrubte overgang van onbestendig naar uitzinnig zonnig. En waar ik me het meest thuisvoel. Hier zijn werk en bezigheden, belangrijk onderdeel van een normaal bestaan, in Amsterdam de meest vertrouwde mensen. Overgangsverschijnselen, vermoed ik.
Voor het overige is woensdag de Ramadan begonnen, wat zich overdag toont in een toename van het toch al niet geringe aantal loom rondhangende mannetjes in de Oude Stad en een uitbreiding in het assortiment van bakkertjes. Het altijd vrolijke duo Ben en Matt had me uitgenodigd om in de schemering naar de Damascus poort te komen. Daar gebeurt het, tijdens de Ramadan. Maar om half zeven was er alleen een kleine schermutseling tussen dorstige en geirriteerde jongemannen. Voor het overige leek iedereen thuis met rommelende magen op de bank te wachten op de lichtkogels die het einde van de eerste Ramadandag zouden inluiden. Pas toen men de eerste ronde eten op had, meldde zich de sahlap-verkoper, in zijn kielzog een jongetje met limonade, kebab-mannetjes en een kleuter die gebedjes uitventte, en werd het gezellig.
Verband met de Ramadan schijnt te houden dat de Westbank alvast de klok een uur heeft teruggedraait. Misschien scheelt het psychologisch dat men rond de klok van zessen al weer mag eten, in plaats van pas om zeven uur. De checkpoints zijn dus tot tijdsmachines getransformeerd. Palestijnen in Israel houden zich soms aan Israelische, en soms aan Palestijnse tijd. Guesthouse beheerder Ibrahim (in september woon ik weer op de Olijfberg) volgt in dezen de Westbank, zodat ik als ik om half vijf de uni verlaat, al om kwart voor vier thuis ben. Dat is nog eens efficient.

Geen opmerkingen: